Het is vast vergelijkbaar met de nachtmerries die ik vroeger had, waarin ik wegliep voor heksen en spoken, neerviel en niet recht kon krabbelen voor ik wakker werd, waardoor ik nooit wist hoe het afliep. Doe een kind van acht geen open einde aan om drie uur 's nachts. Of dat er tussen mij en mijn moeder een veld vol gloeiende kolen lag, of dat ik wegdreef in een beek en dat ze lachend aan de kant stond, spelend met mijn broers en zus en niet bezig met die vierde die daar verdween. Werd ik wakker na zo'n droom, ging ik naar de kamer van mijn moeder en zag ik er de absurditeit vanzelf van in, ik kreeg een glas water en toen ik heel klein was mocht ik daar wel verder slapen.

De spoken waar ik als kind van droomde waren vreselijk lachwekkend, met het voordeel van de terugblik dan. Een beetje doorschijnend wit en ze zweefden ook zo mooi, de heksen vlogen op een bezem. De nachtmerries die ik nu heb komen op een dag misschien wel uit en dat doet ze blijven hangen. Soms droom ik zo eng dat ik niet meer durf te slapen en dat ook niet meer doe, willens nillens. Nillens eerder, op een nacht werd mijn hele familie opgevreten door Duitse schepers. Hoewel dat ook weer lachwekkend wordt, ik had als kind zo'n heilige schrik van honden dat ik soms droomde dat er eentje naast mijn bed stond en daardoor rechtop naast bed wakker werd. Wat onnozel was, want daar stond dan zo-even nog die hond.